De maatregelen die wij hebben bedacht om de voedselafdruk van het gezin van vier personen te verlagen zijn:

Minder vlees eten, dan bespaar je water. Omdat je met de productie van een pond vlees ongeveer 11.250 liter water verbruikt.

Het consumeren van vlees is de belangrijkste bijdrage aan de opwarming van de aarde. De veehouderij stoot veel broeikasgassen uit, door het vlees dat ze produceren. Ze verbruiken veel water, hebben wereldwijd veel ruimte nodig voor het verbouwen van veervoer en dit kan ook een mestprobleem veroorzaken. Minder vlees eten is de beste manier om dit tegen te gaan.

Minder eten weggooien, dan bespaar je voedsel. Je gooit dan bruikbaar voedsel weg, wat je eigenlijk nog een keer had kunnen gebruiken. Dat scheelt dus in je portemonnee en het is een oplossing voor de voedselcrisis. Als je eten weggooit, terwijl het product nog niet over de datum is, had je het de volgende dag ook nog kunnen eten.

Letten op energieverbruik tijdens het koken, hiermee kun je energie besparen. Energiebronnen zijn niet oneindig en we moeten ervoor zorgen dat die blijven bestaan. Je kan energie besparen door bijvoorbeeld minder lang het gas aan te laten staan, dat verbeterd de uitstoot.

Minder zuivel eten of op basis van soja, omdat zuivel het milieu relatief zwaar belast in vergelijking met plantaardige producten.

Zuivel op basis van soja veroorzaakt minder milieubelasting, omdat het een plantaardig product is: de productie van plantaardige producten kost veel minder energie, water, land en grondstoffen dan het onderhouden van melkvee.

Meer seizoensgroenten eten, dat houdt in dat je let op groenten en andere voeding die op dat moment beschikbaar zijn. Groenten die in de winter oorspronkelijk niet groeien zijn duurder en het verbruikt veel meer energie om te verbouwen. Je kunt dus beter geen groenten kopen die oorspronkelijk niet in dat seizoen groeien om onnodig verbruik tegen te gaan.

Letten op de herkomst van producten, want het is belangrijk om te weten waar je voedsel vandaan komt. Voedsel dat wordt geïmporteerd kost veel brandstof. Daarom kun je beter voedsel kopen wat wordt verbouwd op lokaal schaalniveau. Dit verminderd de uitlaatgassen, waardoor het voedsel minder ‘verbruikt’ om hier te komen. Dat is beter voor het milieu.